Kersenchutney maken geeft altijd een bijzonder gevoel, omdat je van iets eenvoudigs als kersen een diepe, warme smaak weet te maken die wekenlang in je keuken blijft hangen. Het is zo’n bereiding die je rustig wilt doen, omdat je merkt hoe de geur langzaam sterker wordt terwijl alles inkookt. Die combinatie van zuur, zoet en kruidig is precies waar chutney om draait en je proeft dat direct terug.
Als je vier jampotten maakt, zoals hier, heb je straks een kleine voorraad waar je echt plezier van hebt. Je kunt er iets feestelijks mee doen op een kaasplank of bij warm vlees, maar het is net zo goed iets voor doordeweeks wanneer je een sausje mist. Het mooie is dat je de kersen helemaal hun eigen karakter laat houden terwijl je de kruiden eromheen bouwt. Zodra de potten gevuld zijn en afkoelen, voelt het alsof je een klein voorraadkastje hebt gecreëerd dat straks in elke maaltijd iets extra’s brengt.
Hoe kersenchutney maken?
Bij kersenchutney maken werk je vooral met tijd en warmte. Je verzamelt alle ingrediënten in een pan met dikke bodem, laat alles langzaam inkoken en kijkt hoe het vocht steeds donkerder en dikker wordt. De kersen breken open, de ui verzacht, de suiker smelt en de azijn zorgt ervoor dat alles een frisse balans krijgt. Het is een rustig proces, maar wel een proces dat je beloont met een chutney die stevig en vol van smaak is.
1kleine rode chilipeper zonder zaadjesfijngesneden
Bereiding
Doe de kersen, suiker, ui en rode wijnazijn in de pan. Roer alles door elkaar zodat de suiker zich verdeelt en de ui goed tussen de kersen zit. Het mengsel begint direct een lichte geur te geven door de azijn en de ui.
Voeg de gember, kaneel, kruidnagel, mosterdzaad, zout, peper en chili toe. Roer rustig zodat alle kruiden contact maken met het vocht. Je ziet dat de suiker langzaam oplost en de kleur donkerder wordt.
Zet het vuur laag en laat de chutney inkoken. Dit duurt meestal tussen de vijftig en zestig minuten. Blijf regelmatig roeren om te voorkomen dat de bodem aanbrandt. De chutney is goed wanneer je lepel een spoor trekt dat niet meteen dichtloopt.
Proef de chutney en voeg indien nodig wat extra zout, suiker of azijn toe. Dit moment is belangrijk, omdat je hier bepaalt hoe de balans uiteindelijk wordt. Maak het niet te zoet en ook niet te zuur, maar precies ertussenin.
Vul de jampotten terwijl de chutney nog heet is. Gebruik een trechter zodat je de randen schoon houdt. Draai de deksels stevig dicht en zet de potten tien minuten op de kop zodat ze vacuüm trekken. Hierdoor blijft je chutney langer houdbaar.
Laat de potten afkoelen op kamertemperatuur. Zodra ze helemaal koud zijn, voel je meestal dat het deksel naar binnen is getrokken. Zet ze donker en koel weg zodat de smaken verder kunnen rijpen.
Trefwoord Kersenchutney maken
Hoelang is kersenchutney houdbaar
Kersenchutney blijft lang goed door de combinatie van zuur, suiker en het inkoken. De smaak verdiept zelfs wanneer je de potten een paar weken laat staan voordat je de eerste opent. Goed gesloten en warm afgevuld is dit één van de chutneys die je zonder zorgen een heel seizoen kunt bewaren.
Bewaartijden kersenchutney
In gesloten fles op kamertemperatuur: ongeveer 8 maanden In koelkast: tot ongeveer 1 jaar Na opening of zelf gemaakt: ongeveer 4 weken in de koelkast, niet buiten de koelkast bewaren
Vijf variaties en aanpassingen
1. Met balsamico
Vervang 50 milliliter van de rode wijnazijn door balsamicoazijn voor een diepere en iets zoetere smaak.
2. Extra zacht
Voeg 150 gram rozijnen toe. Ze nemen het vocht op en zorgen voor een romige structuur.
3. Frisse variant
Rasp de schil van één sinaasappel door het mengsel voor een frisse toon die subtiel aanwezig blijft.
4. Pittiger karakter
Laat de zaadjes wél in de chili of gebruik twee chilipepers. Het geeft de chutney meer warmte, zonder dat het overheerst.
5. Kruidige toon
Voeg een halve theelepel kardemom toe. Dit maakt de chutney aromatischer en iets voller van smaak.
Wilhelmus Hengstmengel
Auteur en kok
Als kok weet Wilhelmus Hengstmengel als geen ander, lekker eten begint bij het op de juiste manier bewaren van levensmiddelen. Hij heeft inmiddels ruim 15 jaar ervaring in de keuken (dus ook met het bewaren en invriezen van onder andere groente, fruit, vlees, vis, en gerechten), en schrijft artikelen en recepten voor diverse Nederlandstalige receptensites (onder andere deze site), en enkele Duitstalige receptensites. Als oud groenteboer weet hij veel over groenten en fruit, en door het veelvuldig koken ook veel over de bereiding van vlees en vis. En natuurlijk over het langer goed houden van voedingsmiddelen. Hij heeft een passie voor het schrijven over simpele gerechten en kookmethoden. is een geboren Rotterdammer, maar vandaag de dag een echte Tiroler en Wereldburger. Bewaren en invriezen is over de hele wereld nagenoeg hetzelfde, maar toch soms net even anders.