Zwarte bessenjam maken is iets wat ik elk jaar met plezier doe, zodra de struiken in de tuin vol hangen. De smaak van zwarte bessen is uitgesproken, friszuur en krachtig. Dat maakt deze jam zo bijzonder: hij smaakt nergens naar behalve naar zichzelf. Je kunt hem niet vergelijken met aardbeien- of abrikozenjam. Zwarte bessen hebben karakter, en juist dat maakt ze zo geschikt om in te maken. Als je er een goede jam van maakt, dan proef je maanden later nog de zomer.
Wat ik zelf prettig vind aan deze jam is dat hij stevig wordt zonder dat je er veel suiker aan hoeft toe te voegen. Je werkt met een verhouding van twee delen fruit en één deel suiker, en toch blijft hij goed op het brood liggen. En die frisse toets maakt hem heerlijk bij een stukje kaas of door de yoghurt. Het is geen zoete kinderjam, maar een jam voor liefhebbers. Voor wie van echte smaak houdt.

Hoe zwarte bessenjam maken?
Benodigdheden
- Grote pan met dikke bodem
- Houten lepel of pollepel
- Trechter (bij voorkeur een jamtrechter)
- Vier lege jampotten van 250 milliliter
- Passende deksels, liefst zuurbestendig
- Schone theedoek
- Kleine soeplepel of maatbeker
- Eventueel een fijne zeef als je geen pitjes wilt
Ingrediënten
- 1000 gram zwarte bessen
- 500 gram geleisuiker speciaal 2:1
- 125 milliliter water
- 1 eetlepel citroensap
Bereiding
1. Voorbereiding
- Begin met het goed wassen van de zwarte bessen. Haal takjes, blaadjes en eventueel rotte besjes eruit.
2. Jam maken
- Laat de bessen uitlekken en doe ze dan samen met het water in een grote pan. Breng het langzaam aan de kook en laat dit zachtjes doorkoken tot de bessen openbarsten. Dit duurt meestal tien tot vijftien minuten.
- Als je een gladde jam zonder pitjes wilt, kun je het mengsel nu door een zeef wrijven. Dat hoeft niet, want veel mensen houden juist van de textuur van hele bessen. Als je klaar bent met zeven of als je dat overslaat, doe je het mengsel terug in de pan. Voeg de suiker en het citroensap toe en roer goed door.
- Breng de jam nu weer aan de kook. Laat het mengsel minstens vier minuten krachtig doorkoken terwijl je voortdurend roert. Pas op dat het niet overkookt of aanbrandt. Als je twijfelt of de jam dik genoeg is, kun je wat op een koud schoteltje laten vallen. Stolt het na een paar seconden, dan is het goed.
- Zorg dat je jampotten klaarstaan. Spoel ze om met kokend water of zet ze kort in de oven op 120 graden om ze te steriliseren. Giet de hete jam met een trechter in de potten tot net onder de rand. Veeg eventuele druppels aan de rand schoon met een schone doek. Draai de deksels er meteen stevig op.
- Zet de potten eventueel een paar minuten op hun kop. Dat helpt om een vacuüm te creëren en zorgt dat ook het deksel met hete jam in contact komt. Niet verplicht, maar wel aanbevolen. Let wel: bij gewone deksels kan het zuur na verloop van tijd het metaal aantasten. Gebruik dus het liefst zuurbestendige deksels als je de jam op z’n kop laat afkoelen.
- Laat de potten afkoelen op een doek. Je zult na verloop van tijd een klik horen: dat is het vacuüm dat ontstaat. Laat ze minstens 24 uur rusten voor je de jam gebruikt.
Hoelang is zwarte bessenjam houdbaar?
In goed afgesloten, schone potten is zwarte bessenjam tot een jaar houdbaar. Bewaar de potten op een donkere, koele plek. Een kelder of voorraadkast is ideaal. Na openen bewaar je de jam in de koelkast. Gebruik de jam dan binnen drie weken. Als je schimmel, gisting of een vreemde geur opmerkt, gooi de pot dan weg. Gebruik altijd een schone lepel bij het opscheppen om bederf te voorkomen.
Vijf variaties en aanpassingen
Met appel
Voeg 200 gram geschild en fijngesneden appel toe. Dit maakt de jam iets zoeter en geeft extra binding.
Met tijm
Laat een takje verse tijm meekoken. Haal het eruit voor je de jam in de potten giet. Lekker bij kaas.
Met framboos
Vervang 250 gram zwarte bessen door frambozen. Geeft een zachtere, fruitige toets.
Met sinaasappel
Voeg wat sinaasappelrasp en een scheutje vers sinaasappelsap toe voor een frisse twist.
Met honing
Vervang een deel van de suiker door 100 gram honing. Let op: honing maakt de jam iets losser, dus goed doorkoken.

Wilhelmus Hengstmengel
Auteur en kokAls kok weet Wilhelmus Hengstmengel als geen ander, lekker eten begint bij het op de juiste manier bewaren van levensmiddelen. Hij heeft inmiddels ruim 15 jaar ervaring in de keuken (dus ook met het bewaren en invriezen van onder andere groente, fruit, vlees, vis, en gerechten), en schrijft artikelen en recepten voor diverse Nederlandstalige receptensites (onder andere deze site), en enkele Duitstalige receptensites. Als oud groenteboer weet hij veel over groenten en fruit, en door het veelvuldig koken ook veel over de bereiding van vlees en vis. En natuurlijk over het langer goed houden van voedingsmiddelen. Hij heeft een passie voor het schrijven over simpele gerechten en kookmethoden. is een geboren Rotterdammer, maar vandaag de dag een echte Tiroler en Wereldburger. Bewaren en invriezen is over de hele wereld nagenoeg hetzelfde, maar toch soms net even anders.