Begin met het schillen van de ananas. Snij eerst de boven en onderkant eraf en haal daarna de schil er rustig omheen af. Snij vervolgens het vruchtvlees rondom de harde kern weg en maak daar stukken van die in de blender passen. Hoe kleiner de stukken, hoe sneller de blender er een glad mengsel van maakt.

Pel daarna de sinaasappels. Je kunt dit met de hand doen of met een mes. Zorg dat je het witte laagje zoveel mogelijk verwijdert, want dat kan later voor een bittere smaak zorgen. Verdeel de sinaasappels in losse partjes zodat ze makkelijk mengen met de ananas.

Doe eerst de stukken ananas in de blender en draai ze fijn. De massa wordt al snel soepel. Voeg daarna de sinaasappelpartjes toe. Als het mengsel te dik is kun je een beetje water toevoegen. Laat de blender rustig werken totdat je een heel glad sap hebt.

Zet een grote kom klaar en leg de zeef erop. Giet het sap door de zeef en laat het langzaam doorlopen. Druk met een lepel zachtjes tegen het vruchtvlees aan zodat je zoveel mogelijk sap opvangt. Laat het sap even staan. Spoel ondertussen de twee flessen om met heet water zodat ze schoon en warm zijn.

Schenk het sap met een trechter in de flessen. Vul ze tot net onder de rand en sluit ze meteen goed af. Laat de flessen daarna op het aanrecht afkoelen voordat je ze in de koelkast zet.